In de openingsscène van Hugo Bloms prachtige debuut wordt de twaalfjarige Samuel door zijn vader op een internaat afgezet. Vader vertrekt, met piepende bandjes, in zijn Aston Martin: zijn werk heeft hem nodig. Het eerste en mooiste deel van de roman speelt zich af op dit internaat, een gebouw „zo robuust dat het geen krimp geeft”. Ook onbewogen blijft Samuel zelf, als hij hoort dat zijn vader wordt vermist. De jonge Samuel, “eiland in de mensenzee”, is een van de meest intrigerende hoofdpersonages van het jaar.